Door Björn Rommens op 24 december 2021

Björn Blogt: Heb jij toevallig wat kleingeld voor me?

Met m’n goeie gedrag liep ik ’s avonds in de vrieskou met volle afvalzakken naar de ondergrondse container. Aan een van de huizen in de buurt wordt aan de wc gewerkt, dus er stond een Dixie naast de containers. Daar zag ik iemand rommelen met de deur, maar gaf er niet teveel aandacht aan. Volle zakken afval weet je wel 😉

Terwijl ik de zakken in de container gooide zag ik dat het een jonge jongen was die mij ook aankeek en vroeg “heb je toevallig wat kleingeld voor me?”. In eerste instantie keek ik hem even vragend aan, want die vraag hoor ik voornamelijk vanuit dakloze mensen, maar hij was nog zo jong en zag er niet onverzorgd uit ofzo. Maar daarna begon hij erover dat hij vijf euro nodig had voor een nacht in de daklozenopvang. Mijn eerste reactie was eigenlijk een standaard reactie die ik geef “nee sorry, ik heb geen kleingeld bij”. Dan lieg ik trouwens niet, tegenwoordig doe ik bijna alles met de pas. Maar eigenlijk voel ik me een soort van ongemakkelijk. Hoe weet ik nou dat je dat geld ook echt gebruikt voor die opvang?
Ik ben een tijd lang vaak een jongen op een fiets tegengekomen die vroeg om geld, maar later bleek (heb ooit eens dagje met politie meegelopen en die kende hem) dat hij dat gewoon voor drugs gebruikt. Daarnaast is het ook een soort van ‘en hoe nu verder gevoel’? Vraagt iemand om méér? Moet je elke keer geld geven als je die persoon tegenkomt? Tegelijkertijd vond ik mezelf ook best hypocriet. Als ik in de rij voor de kassa sta en iemand heeft net te weinig geld bij zou ik zonder moeite zeggen “ik leg wel bij”, maar als daklozen om geld vragen ben ik daar dan toch wat terughoudender in. Of ik nu wel of geen kleingeld op zak heb.

Maar goed, ik stond daar dus met die jongen. Alhoewel ik dus eerst nee zei, bleven we toch in gesprek met elkaar en er bekroop mij de hele tijd het gevoel van “hoe kan hij nou dakloos zijn? Hij is nog zo jong?”. Misschien was het de vrieskou van het moment, misschien van goed ter trouwe hart of misschien allebei wel, maar uiteindelijk zei ik tegen hem dat ik volgens mij ergens nog wel een briefje van vijf had liggen binnen. Hij liep met mij mee tot de voordeur en wachtte netjes buiten.
Toch keek ik wel de hele tijd over m’n schouder, want stel dat hij ineens binnen zou komen ofzo. Tegelijkertijd ook best jammer dat ik zo moet denken; is mijn vertrouwen in de mens dan zo erg?
Niks aan de hand natuurlijk, hij bleef gewoon netjes staan, ik vond dat briefje van vijf en pakte tegelijkertijd het ongeopende blikje cola wat ik nog had staan mee voor hem.

Terwijl ik hem het geld en het blikje cola gaf, bleef ik mezelf maar afvragen wat er nou met deze jongen aan de hand was. Uiteindelijk nam mijn nieuwsgierigheid toch de overhand en vroeg ik hem wat er speelde. Bleek hij 26 te zijn (twee jaar jonger dan ik!), in de buurt gewoond te hebben, maar paar maanden terug het appartement van zijn vriendin (waar hij dus verbleef) kwijt te zijn geraakt door een brand. Gedoe alom natuurlijk en kennelijk is die vriendin nadat ze uit het ziekenhuis waren ontslagen teruggegaan naar haar ex, waardoor deze jongen dus met niks op straat kwam te staan. Of het waar was wist ik op dat moment natuurlijk niet, maar ik was wel verbaasd over de situatie. Niet dat er brand is geweest, maar dat zo iemand op straat is komen te staan zonder dat er iemand heeft kunnen helpen. Hij kwam al uit een moeilijk gezin, kon daar niet naar terug en dan ook nog na een brand in de steek gelaten worden door, in zijn ogen, de liefde van z’n leven.

En dan sta je daar dus in de vrieskou, om geld te vragen om te kunnen slapen voor een nachtje in een daklozenopvang. Daar zat voor mij de meeste verbazing. Hoe kun je nou aan daklozen, die geen vast inkomen hebben, vragen of ze willen betalen om te mogen slapen? Want nou als je geen geld hebt kunnen regelen? Dan wordt je dus weggestuurd, aldus die jongen. Nou weet ik zelf niet het fijne van de daklozenopvangregelingen in Roosendaal en hoe de hulpverleners te werk (moeten) gaan, maar deze interactie roept wel vragen bij me op. En ook nieuwsgierigheid om alle kanten van het verhaal te weten te komen.

Ik vroeg hem over zijn toekomstperspectief, om weer aan een woning te kunnen komen enzo. Daarvoor zou hij naar de grote opvang in Bergen op Zoom moeten voor een bepaald traject of procedure, maar daar is een wachtlijst. Dus hij is tot die tijd op straat aangewezen. In z’n vrije tijd zit hij, zwartrijdend, in de trein. “Om warm te blijven”, in zijn eigen woorden. Ik had enorm met die jongen te doen en voelde me eigenlijk best lullig. Ik sta daar in de deuropening van m’n warme huis, met een gevulde koelkast en een werkende douche en wc. Hij staat daar, met z’n jas, tassen, vijf euro en een blikje cola. Uiteindelijk hadden we het ook over het hulp krijgen van vreemden. Daarover vertelde hij wel wat moois: “Mensen proberen echt gul te zijn in hun optiek, maar snappen niet dat ze eigenlijk meer problemen veroorzaken dan helpen. Ik heb ooit weleens van een hotelgast een tas vol spullen kregen omdat hij ze na zijn bezoek niet meer nodig had. In die tas zat bijvoorbeeld een pak zout, tomatensaus, olijfolie enzo. Precies allemaal dingen waar ik niks aan heb en een extra zware tas kan ik niet gebruiken met de tassen die ik al bij me draag. Mensen bedoelen het echt goed, maar helpen me daar niet mee. Of denk bijvoorbeeld aan als mensen uit de supermarkt een broodje kaas en een biertje geven. Heel aardig, maar dat geeft mij niet genoeg voedingsstoffen om de dag/nacht mee door te komen. Een broodje döner, die gevuld is met vlees en groenten, geeft mij bijvoorbeeld meer dan zo’n broodje kaas. En dat biertje is echt heel aardig, maar schoon water is beter of iets van een vruchtensap ofzo voor de vitaminen.”
Hij vertelde verder dat het soms lastig is om dat duidelijk te maken, want mensen die al íets geven kunnen dat opvatten alsof hij het niet waardeert wat ze doen. “Maar dat is het dus niet. Het is het verschil tussen geven of overleven”, aldus de jonge dakloze die voor me staat met de vijf euro en het blikje cola wat ik hem heb gegeven.

Vol verbazing over hoe deze situatie in Roosendaal kan bestaan, schuldgevoel over mijn warme bed en zijn onzekerheid over een bed voor morgenavond, wenste ik hem voor die nacht in ieder geval een goede nachtrust toe. Ergens wilde ik hem binnen uitnodigen, voor een warme kop thee, een warme douche en indien gewenst een warme nacht op de bank. Toch durfde ik het niet aan, want ja.. wie haal je nu binnen? Maar terwijl ik dit opschrijf blijf ik wel de hele tijd denken: ‘waar is hij nu en hoe gaat het met hem?’. Maar vooral: hoe kan en moet dit beter geregeld worden?
Zelf weet ik dus niet voldoende over het gevoerde beleid in onze gemeente om er een goed/volledig oordeel over te kunnen vellen, maar benieuwd naar het hoe en wat ben ik na deze interactie zeker! Er zal namelijk vast wel meer spelen dan dat ik nu te horen heb gekregen, maar dat is zeker ook aanleiding om alle kanten van het verhaal scherp te krijgen.

UPDATE 25/12

Na het verschijnen van deze blog kreeg ik telefonisch al reactie van wethouder Koenraad. Ze gaf aan de situatie van de betreffende jongen te kennen, maar er zit inderdaad meer achter het gegeven verhaal. Dat er wel degelijk contact is en zorg aangeboden is, maar hij dat toch weigert vanwege zijn verslaving die hem steeds nekt. Verder gaf ze me ook te kennen dat de daklozenopvang wel degelijk gratis is . Dus het hele riedeltje “heeft u wat kleingeld zodat ik een nachtje in de opvang kan slapen’, daar is dus (gelukkig) niks van waar. (zie volgende update!)
Betekent trouwens niet dat je daklozen helemaal geen geld hoeft te geven. Vraagt een dakloze bijvoorbeeld geld omdat hij de daklozenkrant verkoopt of voor wat eten of drinken, dan is dat vaker echt voor om zelf wat te verdienen c.q. om wat eten en drinken te kunnen kopen. Maar geld voor de opvang, dat is dus helaas een trucje om medelijden op te wekken.

Gelijk maar even gevraagd aan de wethouder om een bezoekje in te plannen aan de opvang, zodat ik met eigen ogen kan zien hoe e.e.a. nu geregeld is. Daar stond ze positief tegenover! Weer iets interessants om naar uit te kijken voor op de agenda in 2022!

Update 14/1

Wethouder Koenraad belt me nog een keer. Er is wél een bijdrage van 5 euro voor een nachtje slapen in de maatschappelijke opvang. Maar dat betekent niet dat als je die vijf euro niet hebt, je wordt geweigerd. De wethouder gaf ook aan dat het geen verdienmodel is voor de opvang, maar een manier om men in een zorgtraject te krijgen. Door het inschrijven voor een nacht, komt er een procedure op gang waardoor men aanvragen kan doen voor zorgverzekering en uitkering enzo. Het doel is om mensen van de straat te krijgen.
Persoonlijk vind ik het nog steeds gek dat men in die situatie moet betalen om te mogen slapen, maar a lá de gedachte dat men er (hopelijk) uiteindelijk wel iets aan overhouden qua zorgverzekering en uitkering is dan wel goed.

En wat die jongen in het hele verhaal trouwens betreft. Blijkt dat hij dus zijn 5 euro waar hij om vraagt gebruikt om een nachtje te slapen in een antikraak woning, en dus iemand betaald die er wel een verdienmodel van heeft gemaakt. De gemeente wilt die jongen graag in een hulptraject hebben, maar toch wint de verslaving van hem het steeds over het accepteren van geboden hulp.  Enorm vervelend natuurlijk; ik wens iedereen een passend hulptraject toe in die situatie en dat ze weer op eigen benen kunnen wonen, werken en leven.
Uiteindelijk ook nog even met de wethouder gesproken over een bezoekje aan de maatschappelijke opvang en daar reageerde ze positief op. Binnenkort de agenda’s trekken!

Björn Rommens

Björn Rommens

Hier is Björn Rommens, woonachtig in de wijk Kalsdonk (als is het maar net op de scheidingslijn met het Centrum) en onze fractievoorzitter.

Meer over Björn Rommens